,,In het verenigingsleven verbind je mensen. Dat vind ik prachtig. Dat geldt ook voor de harddraverij in Schagen. Daarom zal ik er op de dag zelf ook altijd weer bij zijn, al ben ik geen voorzitter meer.’’ Ton Rus is een verenigingsmens in hart en nieren. Maar hij is ook een man van de cijfertjes en na jaren bij Gorter & Partners te hebben gewerkt, is hij nu voor zichzelf begonnen.
,,Vorig jaar heb ik een opleiding gedaan als register executeur.’’ En wat doet zo’n persoon? ,,Nadat iemand is overleden, komt er op de nabestaanden een hoop gedoe af. Er moet van alles geregeld worden, van het opzeggen van de krant tot de verkoop van de woning. Daar kan ik mensen bij helpen. Bij Gorter is dat geen hoofdtaak, dus besloot ik in goed overleg na ruim zeventien jaar voor mezelf te beginnen.’’
,,Ik ben mijn hele leven verbonden geweest met de Noordkop. Mijn moeder kwam van Texel, ik ben geboren in Anna Paulowna en woon in Schagen sinds ik naar de tweede klas ging. Ik ben er nooit meer weggegaan.’’ Ton Rus (60) is dus een ware Noordkopper. ,,De liefde voor Texel is altijd gebleven. Als kind ging ik vaak bij opa en oma Dijt logeren en later bij mijn oom en tante, die daar een leliekwekerij hadden en nu komen we er nog steeds op familiebezoek.’’
Toen hij als jong jochie in Schagen kwam wonen, in wat nu de wijk Groeneweg is, zag het er nog heel anders uit. ,,Er waren amper nog huizen. Tussen twee boerderijen stond een kleine bungalow en daar woonden wij, op de Schoenmakersweg. Nu heet dat de Seringenhof. Het was een fantastische tijd. Zodra de school uit was - we hadden in dat jaar les op de Nijverheidsstraat- deden we onze overall aan en speelden in de weilanden. Dat land was allemaal van het weeshuis van Schagen, die het verkocht aan de gemeente. En dat werd de wijk Groeneweg.’’ Toen de Groenewegschool werd gebouwd, werd zijn vader daar hoofdonderwijzer en verhuisden ze naar de Wilgenlaan. ,,In totaal zat ik drie jaar bij mijn vader in de klas. Dat had soms zijn voordelen, maar hij was ook wel extra streng tegen mij.’’ Na de lagere school deed hij de havo op de RSG, nu het Regius, en vervolgens vertrok hij naar de MEAO in Alkmaar.
Was zijn liefde voor de cijfertjes toen al zo groot als nu en koos hij dus bewust voor deze economische opleiding? ,,Haha, nee, dat was de beslissing van mijn ouders, maar ze hadden dat toch wel goed gezien, want ik bleek er inderdaad goed in te zijn.’’
Toch was de door zijn ouders bedachte carrière geen gelopen race, want ofschoon hij begon als administratief medewerker bij Marees & Kistemaker, een groothandel in aardolieproducten in Kolhorn en daarna in de verzekeringen belandde bij Vis & Dignum, maakte hij ook enkele jaren een uitstapje naar de bloembollensector. ,,De oom van mijn vrouw had een bloembollenbedrijf en zocht een opvolger. Ik vond het wel een avontuur en dook er in.’’
Goede zet
Toch bleven de cijfers trekken. ,,Ik deed in die tijd een cursus belastingrecht bij het LOI en toen John Voulon, met wie ik zaalvoetbalde, dat hoorde vroeg hij me om de particuliere aangiftes te komen doen bij zijn accountantskantoor. En zo belandde ik toch weer in die wereld. Uiteindelijk bleek dat een goede zet, want rond die tijd, in 2000, stortte de bloembollensector in. De prijzen van tulpen en lelies duikelden keihard omlaag.’’ Enkele jaren later volgde een baan bij Gorter en nu is hij dus zelfstandig.
Maar het leven van Ton Rus bestond niet alleen uit hard werken. ,,Op mijn vijftiende was ik al van alles aan het regelen bij de tennisvereniging, organiseerde toernooitjes en zo. Later kwam daar de handbalvereniging bij, het zaalvoetbal en de voetbalverenigingen Schagen en SRC. De harddraverij vond ik altijd al prachtig. Op een keer stonden mijn vrienden en ik bij de finish en juichten keihard, omdat we hadden gewed op een van de paarden. Er zaten natuurlijk al wat biertjes in bij ons. Het paard van Lindsey Pegram schrok volgens mij zo van ons lawaai dat het begon te steigeren. Ik voelde me erg schuldig omdat ze ongetwijfeld mede daardoor naast de winst greep. Daarop meldde ik me aan bij de organisatie van de harddraverij. Gewoon om iets terug te doen, denk ik.’’
In totaal was hij tien jaar voorzitter van de harddraverij in Schagen. ,,Ik heb in die tijd de VIP-tent bedacht. Bedrijven kunnen daar gasten uitnodigen en betalen de organisatie daarvoor. In ruil krijgen ze een prachtige plek op een podium in de tent, vlak bij de finish. Na tien jaar, vlak voor corona alles plat legde, vond ik dat het tijd werd voor jong bloed.’’ Zijn plek als voorzitter is nog steeds niet bezet. ,,Dat is wel jammer ja. Het verenigingsleven is echt prachtig. Als niemand het doet, wordt het leven best saai. Verenigingen houden een gemeenschap gaande, blazen er altijd weer leven in.’’